Sloten & Ontstekers
Op slot
Om de absolute veiligheid ten aanzien van het ondergronds gebruik van de mijnlamp te kunnen garanderen, was het ten strengste verboden om een brandende, of uitgedoofde mijnlamp te openen. Steeds vaker werden, in opdracht van haar afnemers, door de fabrikanten vergrendelingsmethoden bedacht. Zo werden rond 1870 de Belgische olielampen voorzien van een zogenaamd schroefslot. In het oliereservoir werd een koker gemaakt, waarin zich een schroefbout bevond, die op zijn beurt in een uitsparing in het bovenste gedeelte van de lamp viel. Door het bovengronds dichtdraaien van deze schroefbout was het onmogelijk de lamp ondergronds te openen.
Op 4 december 1894 wordt door Carl Wolf, oprichter van de latere firma Friemann & Wolf, een patent gedeponeerd van een magnetisch slot ten behoeve van mijnlampen (Patentnr. 530,217). Het magneetslot was ontworpen om mijnlampen uitsluitend met een krachtige hoefijzermagneet te kunnen openen. Deze vorm van magneetsluiting zou in de toekomst vele varianten kennen. Hieronder enkele voorbeelden.
Foto's (vlnr):
- Belgische mijnlamp met inwendig schroefslot 1880
- Belgische mijnlamp met magneetslot 1880
- Duitse mijnlamp met uitwendig schroefslot 1900
- Duitse mijnlamp met magnetisch slot 1907 (Patent nr. 207.839)
- Duitse mijnlamp met zijdelings magneetslot 1910
- Duitse mijnlamp met magnetisch ankerslot 1915
- Duitse mijnlamp met uitwendig schroefslot 1925
- Duitse mijnlamp met "Debus" Magneetbout 1925
- Duitse mijnlamp met magnetisch ankerslot 1930